SCIENCE JOURNALIST - WRITER - SPEAKER @ ClearScience42 ***** Specialized in artificial intelligence, robots, the brain and Alan Turing***Gespecialiseerd in kunstmatige intelligentie, robots, het brein en Alan Turing.
Monday, November 5, 2012
Friday, October 19, 2012
Totaalvoetbal op wielen
Na vier verloren WK-finales won het Tech United-team van de TU Eindhoven op 23 juni 2012 in Mexico eindelijk het wereldkampioenschap robotvoetbal. In 2013 wordt de titel in eigen huis verdedigd.
Dit artikel is gepubliceerd in I/O Magazine (september 2012) van het ICT-onderzoek Platform Nederland (IPN)
Een paar weken na de met 4-1 gewonnen WK-finale staan twee van de Eindhovens voetbalrobots al weer op het trainingsveld bij de faculteit werktuigbouwkunde. Ze zijn aan de buitenkant gehavend. Door het transport van Mexico Stad naar Eindhoven? “Nee”, zegt masterstudent werktuigbouwkunde Robin Soetens. “Onze Iraanse robottegenstanders in de finale waren per stuk bijna vijf kilo zwaarder. Dat maakt ze logger in bewegingen, maar ook sterker in het fysieke contact. En bij dat fysieke contact hebben onze robots enkele deuken opgelopen.” Soetens zet de twee robots aan, laat ze samenspelen en afwerken op een leeg doel. De bal vliegt er met groot gemak keer op keer in.
De voorbereiding op titelprolongatie is al weer begonnen. Technisch manager van Tech United, werktuigbouwkundige dr. René van de Molengraft, komt net terug van een brainstormsessie over de komend jaar te volgen strategie. De huidige WK-titel noemt hij ‘dik verdiend’. “Eigenlijk hadden we in 2010 al moeten winnen. We domineerden toen het hele toernooi, maar in de finale liet de hardware ons in de steek. In de afgelopen twee jaar zijn we er in geslaagd om de hardware robuust te maken en de software naar een hoger plan te tillen. Dit jaar hebben we voor het eerst de afspeelpass als wapen geïntroduceerd. Vroeger zag je robots alleen lange solo’s uitvoeren. Een nieuwe spelregel verbiedt het sinds dit jaar echter dat een speler over de middellijn dribbelt.”
Halverwege het afgelopen WK begon het samenspel bij Tech United na enkele softwareaanpassingen goed te lopen. En dat leidde tot prachtig samenspel en slim voetbal. De teamleider van Portugal kwam zelfs met tranen in de ogen aan Van de Molengraft vertellen hoe mooi hij het Nederlandse spel vond. “Wij willen niet alleen maar winnen”, zegt de technisch manager. “Net als bij het grote Oranje willen wij dat ook met mooi voetbal doen. Ik zeg wel eens dat wij de robotvariant van totaalvoetbal spelen.”
Is Van de Molengraft wel eens verbaasd over de voetbalkunsten van zijn robotspelers? “Nou en of. Ik heb een keer een Zinedine Zidane-achtige passeerbeweging van een van onze robots gezien. Hij dribbelde met de bal aan de voet. Een tegenstander kwam op hem af. Onze robot draaide tijdens de dribbel om zijn as, ontweek de tegenstander en speelde zichzelf vrij. Eigenlijk spelen twee stukken software die elkaar niet kennen tegen elkaar. Dat leidt tot emergent gedrag dat wij van te voren niet kunnen voorspellen. Het gedrag van de robot hangt af van wat de tegenstander doet.”
Voor Van de Molengraft zijn voetballende robots geen doel op zichzelf. Ze zijn een brug van robots die in een totaal voorspelbare fabrieksomgeving voorgeprogrammeerde taken uitvoeren − zoals al decennialang gebeurt − naar robots die in een onvoorspelbare omgeving multifunctioneel inzetbaar zijn − zoals Van de Molengraft de toekomst voor zich ziet. “De kennis die we met het robotvoetbal opdoen, dragen we ook over naar bijvoorbeeld onze zorgrobot AMIGO. Dat geldt zowel voor de kennis over het fysiek van de robot, als voor kennis op het cognitieve niveau: het navigeren, het vermijden van obstakels en het bouwen van een wereldbeeld.”
De grootste wetenschappelijke uitdaging bij het slaan van een brug tussen opereren in een gestructureerde omgeving en opereren in een ongestructureerde omgeving, ligt op het conceptuele niveau. Hoe kan een robot bijvoorbeeld niet alleen één bepaald soort kopje hanteren, maar elk soort kopje dat wij als zodanig herkennen? Dus met of zonder oortje, rond of rechthoekig, smal of breed, met of zonder inhoud. Van de Molengraft: “Hoe kan de robot het concept ‘kopje’ vormen en dat succesvol toepassen op elk nieuwe soort kopje? Wij mensen kunnen met de ogen dicht een kopje oppakken en naar de mond brengen, omdat we een heleboel voorkennis over de wereld hebben. De grote vraag is hoe robots eenzelfde soort voorkennis kunnen opbouwen.”
Om die brug te slaan, is RoboCup Soccer in de afgelopen jaren uitgebreid met nieuwe competities die zijn gericht op maatschappelijk nuttigere taken dan voetballen. Zo voeren robots in RoboCup Rescue reddingsoperaties uit en in RoboCup@Home huishoudelijke taken. Een belangrijke spin-off van RoboCup is dat de competities studenten enthousiast maken voor robotica-onderzoek. Van de Molengraft: “Dankzij RoboCup trekken we studenten uit diverse disciplines: werktuigbouwkunde, natuurkunde, biomedische techniek en informatica. Ook trekken we studenten die aan een andere universiteit hun bachelor hebben gehaald en aan de TU/e hun master willen doen.”
Alle binnen RoboCup ontwikkelde software is open source, waardoor de kennis zo goed mogelijk wordt gedeeld, uitgebreid en verbeterd. Een geheel nieuwe ontwikkeling, los van RoboCup, maar cruciaal voor de robot van de toekomst, is het Europese project RoboEarth. RoboEarth is een soort World Wide Web voor robots waar ze informatie kunnen delen om van elkaar te kunnen leren over hun gedrag en omgeving. Van de Molengraft: “Het ultieme doel is dat je in de toekomst een robot koopt die maar een beperkt aantal basisfuncties heeft. Als je hem vraagt om een nieuwe taak uit te voeren, dan zoekt hij via RoboEarth op hoe andere robots die taak al hebben gedaan. Die kennis gebruikt hij dan alsof het zijn eigen ervaring is.”
[Kader:]
De fijne kneepjes van het robotvoetbal
RoboCup Soccer begon in 1997 in het Japanse Nagoya met een competitie voor kleine robots. Die competitie heet nu de Small Size League. Later zijn daar nieuwe competities bij gekomen: Simulation (computersimulaties van voetballende robots in twee en drie dimensies), Middle Size (tot een meter hoog), Standard Platform (waarbij elk team hetzelfde robotplatform gebruikt, bijvoorbeeld NAO-robots) en Humanoid (robots met een mensachtig uiterlijk variërend van veertig centimeter groot tot menselijke grootte).
Het Eindhovense team van Tech United is dit jaar wereldkampioen geworden in de Middle Size League. Hierin spelen twee teams van elk vijf robots tegen elkaar met een officiële FIFA-voetbal. Elk team bestaat uit vier veldspelers en een keeper. De veldspelers mogen maximaal veertig kilogram wegen. Elke speler ziet er uit als een soort kegel op drie wieltjes en rijdt maximaal vier meter per seconde. Twee aparte wieltjes aan de onderkant fungeren als de voeten die de bal mogen spelen. Omdat de bal niet mag worden vastgeklemd tussen de wieltjes, draaien ze allebei rond. Met een schietmechanisme kan de bal worden afgespeeld naar een medespeler of op doel worden geschoten. Afspelen naar een medespeler gebeurt voorlopig alleen nog over de grond. Schieten op doel gebeurt gebeurt wel al door de lucht.
Elke robot heeft een eigen computer en neemt zelfstandig beslissingen. De Eindhovense robot kan 360 graden om zich heen kijken via een camera die gericht staat op een ondersteboven hangende parabolische spiegel. Daarmee ziet de robot scherp tot ongeveer zes meter om zich heen. Nog verder om zich heen kijken zou de snelheid van de beeldverwerking te veel afremmen. Omdat het speelveld twaalf bij achttien meter meet, ziet elke robot dus alleen maar een deel van het totale veld. Hij speelt als het ware in de mist. Dat probleem wordt opgelost doordat de robots onderling communiceren via een WiFi-verbinding. Zo vormt elke robot een beeld van waar hij zelf staat, waar de bal is en waar de mede- en tegenspelers staan.
De vier veldspelers zijn identiek, maar op elk moment spelen er twee de rol van aanvaller en twee de rol van verdediger. Wie verdedigt en wie aanvalt, hangt van de spelsituatie af. De hoofdaanvaller is de speler die de bal heeft. Hij kan de bal eventueel afspelen naar de assistent-aanvaller. De hoofdverdediger probeert de bal van de tegenstander te onderscheppen en wordt geassisteerd door een assistent-verdediger. Elke wedstrijd duurt tweemaal vijftien minuten en staat onder leiding van een menselijke scheidsrechter, die bij te ruw spel ook gele en rode kaarten kan trekken.
Internet
Het Eindhovense RoboCup-team Tech United:
www.techunited.nl/
RoboCup:
www.robocup.org/
http://en.wikipedia.org/wiki/RoboCup
Van 24 tot 30 juni 2013 vindt RoboCup plaats in Eindhoven:
www.robocup2013.org/
Een paar weken na de met 4-1 gewonnen WK-finale staan twee van de Eindhovens voetbalrobots al weer op het trainingsveld bij de faculteit werktuigbouwkunde. Ze zijn aan de buitenkant gehavend. Door het transport van Mexico Stad naar Eindhoven? “Nee”, zegt masterstudent werktuigbouwkunde Robin Soetens. “Onze Iraanse robottegenstanders in de finale waren per stuk bijna vijf kilo zwaarder. Dat maakt ze logger in bewegingen, maar ook sterker in het fysieke contact. En bij dat fysieke contact hebben onze robots enkele deuken opgelopen.” Soetens zet de twee robots aan, laat ze samenspelen en afwerken op een leeg doel. De bal vliegt er met groot gemak keer op keer in.
De voorbereiding op titelprolongatie is al weer begonnen. Technisch manager van Tech United, werktuigbouwkundige dr. René van de Molengraft, komt net terug van een brainstormsessie over de komend jaar te volgen strategie. De huidige WK-titel noemt hij ‘dik verdiend’. “Eigenlijk hadden we in 2010 al moeten winnen. We domineerden toen het hele toernooi, maar in de finale liet de hardware ons in de steek. In de afgelopen twee jaar zijn we er in geslaagd om de hardware robuust te maken en de software naar een hoger plan te tillen. Dit jaar hebben we voor het eerst de afspeelpass als wapen geïntroduceerd. Vroeger zag je robots alleen lange solo’s uitvoeren. Een nieuwe spelregel verbiedt het sinds dit jaar echter dat een speler over de middellijn dribbelt.”
Halverwege het afgelopen WK begon het samenspel bij Tech United na enkele softwareaanpassingen goed te lopen. En dat leidde tot prachtig samenspel en slim voetbal. De teamleider van Portugal kwam zelfs met tranen in de ogen aan Van de Molengraft vertellen hoe mooi hij het Nederlandse spel vond. “Wij willen niet alleen maar winnen”, zegt de technisch manager. “Net als bij het grote Oranje willen wij dat ook met mooi voetbal doen. Ik zeg wel eens dat wij de robotvariant van totaalvoetbal spelen.”
Is Van de Molengraft wel eens verbaasd over de voetbalkunsten van zijn robotspelers? “Nou en of. Ik heb een keer een Zinedine Zidane-achtige passeerbeweging van een van onze robots gezien. Hij dribbelde met de bal aan de voet. Een tegenstander kwam op hem af. Onze robot draaide tijdens de dribbel om zijn as, ontweek de tegenstander en speelde zichzelf vrij. Eigenlijk spelen twee stukken software die elkaar niet kennen tegen elkaar. Dat leidt tot emergent gedrag dat wij van te voren niet kunnen voorspellen. Het gedrag van de robot hangt af van wat de tegenstander doet.”
Voor Van de Molengraft zijn voetballende robots geen doel op zichzelf. Ze zijn een brug van robots die in een totaal voorspelbare fabrieksomgeving voorgeprogrammeerde taken uitvoeren − zoals al decennialang gebeurt − naar robots die in een onvoorspelbare omgeving multifunctioneel inzetbaar zijn − zoals Van de Molengraft de toekomst voor zich ziet. “De kennis die we met het robotvoetbal opdoen, dragen we ook over naar bijvoorbeeld onze zorgrobot AMIGO. Dat geldt zowel voor de kennis over het fysiek van de robot, als voor kennis op het cognitieve niveau: het navigeren, het vermijden van obstakels en het bouwen van een wereldbeeld.”
De grootste wetenschappelijke uitdaging bij het slaan van een brug tussen opereren in een gestructureerde omgeving en opereren in een ongestructureerde omgeving, ligt op het conceptuele niveau. Hoe kan een robot bijvoorbeeld niet alleen één bepaald soort kopje hanteren, maar elk soort kopje dat wij als zodanig herkennen? Dus met of zonder oortje, rond of rechthoekig, smal of breed, met of zonder inhoud. Van de Molengraft: “Hoe kan de robot het concept ‘kopje’ vormen en dat succesvol toepassen op elk nieuwe soort kopje? Wij mensen kunnen met de ogen dicht een kopje oppakken en naar de mond brengen, omdat we een heleboel voorkennis over de wereld hebben. De grote vraag is hoe robots eenzelfde soort voorkennis kunnen opbouwen.”
Om die brug te slaan, is RoboCup Soccer in de afgelopen jaren uitgebreid met nieuwe competities die zijn gericht op maatschappelijk nuttigere taken dan voetballen. Zo voeren robots in RoboCup Rescue reddingsoperaties uit en in RoboCup@Home huishoudelijke taken. Een belangrijke spin-off van RoboCup is dat de competities studenten enthousiast maken voor robotica-onderzoek. Van de Molengraft: “Dankzij RoboCup trekken we studenten uit diverse disciplines: werktuigbouwkunde, natuurkunde, biomedische techniek en informatica. Ook trekken we studenten die aan een andere universiteit hun bachelor hebben gehaald en aan de TU/e hun master willen doen.”
Alle binnen RoboCup ontwikkelde software is open source, waardoor de kennis zo goed mogelijk wordt gedeeld, uitgebreid en verbeterd. Een geheel nieuwe ontwikkeling, los van RoboCup, maar cruciaal voor de robot van de toekomst, is het Europese project RoboEarth. RoboEarth is een soort World Wide Web voor robots waar ze informatie kunnen delen om van elkaar te kunnen leren over hun gedrag en omgeving. Van de Molengraft: “Het ultieme doel is dat je in de toekomst een robot koopt die maar een beperkt aantal basisfuncties heeft. Als je hem vraagt om een nieuwe taak uit te voeren, dan zoekt hij via RoboEarth op hoe andere robots die taak al hebben gedaan. Die kennis gebruikt hij dan alsof het zijn eigen ervaring is.”
[Kader:]
De fijne kneepjes van het robotvoetbal
RoboCup Soccer begon in 1997 in het Japanse Nagoya met een competitie voor kleine robots. Die competitie heet nu de Small Size League. Later zijn daar nieuwe competities bij gekomen: Simulation (computersimulaties van voetballende robots in twee en drie dimensies), Middle Size (tot een meter hoog), Standard Platform (waarbij elk team hetzelfde robotplatform gebruikt, bijvoorbeeld NAO-robots) en Humanoid (robots met een mensachtig uiterlijk variërend van veertig centimeter groot tot menselijke grootte).
Het Eindhovense team van Tech United is dit jaar wereldkampioen geworden in de Middle Size League. Hierin spelen twee teams van elk vijf robots tegen elkaar met een officiële FIFA-voetbal. Elk team bestaat uit vier veldspelers en een keeper. De veldspelers mogen maximaal veertig kilogram wegen. Elke speler ziet er uit als een soort kegel op drie wieltjes en rijdt maximaal vier meter per seconde. Twee aparte wieltjes aan de onderkant fungeren als de voeten die de bal mogen spelen. Omdat de bal niet mag worden vastgeklemd tussen de wieltjes, draaien ze allebei rond. Met een schietmechanisme kan de bal worden afgespeeld naar een medespeler of op doel worden geschoten. Afspelen naar een medespeler gebeurt voorlopig alleen nog over de grond. Schieten op doel gebeurt gebeurt wel al door de lucht.
Elke robot heeft een eigen computer en neemt zelfstandig beslissingen. De Eindhovense robot kan 360 graden om zich heen kijken via een camera die gericht staat op een ondersteboven hangende parabolische spiegel. Daarmee ziet de robot scherp tot ongeveer zes meter om zich heen. Nog verder om zich heen kijken zou de snelheid van de beeldverwerking te veel afremmen. Omdat het speelveld twaalf bij achttien meter meet, ziet elke robot dus alleen maar een deel van het totale veld. Hij speelt als het ware in de mist. Dat probleem wordt opgelost doordat de robots onderling communiceren via een WiFi-verbinding. Zo vormt elke robot een beeld van waar hij zelf staat, waar de bal is en waar de mede- en tegenspelers staan.
De vier veldspelers zijn identiek, maar op elk moment spelen er twee de rol van aanvaller en twee de rol van verdediger. Wie verdedigt en wie aanvalt, hangt van de spelsituatie af. De hoofdaanvaller is de speler die de bal heeft. Hij kan de bal eventueel afspelen naar de assistent-aanvaller. De hoofdverdediger probeert de bal van de tegenstander te onderscheppen en wordt geassisteerd door een assistent-verdediger. Elke wedstrijd duurt tweemaal vijftien minuten en staat onder leiding van een menselijke scheidsrechter, die bij te ruw spel ook gele en rode kaarten kan trekken.
Internet
Het Eindhovense RoboCup-team Tech United:
www.techunited.nl/
RoboCup:
www.robocup.org/
http://en.wikipedia.org/wiki/RoboCup
Van 24 tot 30 juni 2013 vindt RoboCup plaats in Eindhoven:
www.robocup2013.org/
Labels:
Informatica,
Robots
Geografische data als nieuwe grondstof
Een belangrijk speerpunt uit de Digitale Agenda Nederland is het beschikbaar stellen van data die de overheid heeft verzameld. Geografische data zijn daarvan een belangrijk deel. De overheid voert actief beleid om bedrijven te stimuleren om met die open geodata nieuwe producten en diensten te ontwikkelen.
De wereldbevolking groeit tussen nu en 2040 naar verwachting van zeven naar negen miljard mensen. Nog meer mensen zullen op hetzelfde landoppervlak aan hun eten en drinken moeten zien te komen. In sommige gebieden wordt het daarom dringen om het schaars beschikbare water. Hoe kan elke wereldburger dan toch nog steeds genoeg te eten en drinken krijgen? Dat kan wanneer de voedselopbrengst per liter verbruikt water toeneemt. Het Nederlandse bedrijf eLEAF ontwikkelt informatieproducten die boeren helpen om precies dat voor elkaar te krijgen.
In digitale kaarten legt het bedrijf gedetailleerd ruimtelijk vast hoe de actuele waterconsumptie, de waterbehoefte van gewassen en de potentiële gewasopbrengst zich ontwikkelen. Deze kaarten vormen de invoer voor zogeheten ‘instructiekaarten’ die door de boordcomputer van een tractor worden gebruikt voor het automatisch aansturen van landbouwmachines. Het resultaat is een duurzamere productie tegen lagere kosten. Verschillende bedrijven leveren gespecialiseerde diensten op basis van deze informatieproducten.
eLEAF is een voorbeeld van een bedrijf dat geografische gegevens die vrij door overheden beschikbaar zijn gesteld gebruikt en aanvult om er nieuwe waardevolle producten mee te creëren. In dit voorbeeld gaat het om data afkomstig uit het Nationale Satellietdataportaal. Het mes snijdt aan twee kanten. Het bedrijfsleven profiteert van de gegevens die de overheid gratis beschikbaar stelt. En de overheid ziet beleidsdoelstellingen dichterbij komen, in dit geval het versterken van duurzame landbouw.
In navolging van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië is het vrij beschikbaar stellen van overheidsdata een speerpunt van de Nederlandse overheid. Dat speerpunt is vastgelegd in de Digitale Agenda Nederland. Frans Lips, senior beleidsmedewerker geo-informatie van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I): “Het basisidee is dat de overheid gegevens die met belastinggeld zijn betaald gratis of tegen verstrekkingskosten beschikbaar stelt zodat de private sector ze kan gebruiken om nieuwe producten en diensten te ontwikkelen. Open geodata stimuleren de innovatie. Ook de overheid profiteert: door nieuwe economische activiteit stijgen de belastinginkomsten. Daarnaast kan de markt nieuwe producten of diensten ontwikkelen waarmee de overheid efficiënter kan gaan werken. Het Open Data beleid van de overheid mag dus best iets kosten.”
In Nederland zijn het de gemeenten, de provincies, de rijksoverheid en kennisinstellingen zoals TNO, het KNMI en het RIVM die grote hoeveelheden geo-informatie verzamelen. Die data zijn meestal bijproducten van overheidsbeleid. Zo verzamelt het kadaster in Nederland al een kleine twee eeuwen geografische informatie over de afmetingen en het gebruik van grond.
Deze traditionele landmetingen zijn in de afgelopen decennia aangevuld met nieuwe vormen van geodata, zoals lucht- en satellietfoto’s. Landbouwers kunnen satellietgegevens gebruiken voor het optimaal besproeien van gewassen. Gemeenten kunnen verzakkingen van gebouwen of zelfs wijken dankzij geodata tot millimeters nauwkeurig in kaart laten brengen. En door het in kaart brengen van de verspreiding van waterplanten kan zowel de waterrecreant als de scheepvaart tijdig worden gewaarschuwd. De mogelijkheden om open geodata nuttig te gebruiken lijken eindeloos.
Dit artikel is gepubliceerd in I/O Magazine (september 2012) van het ICT-onderzoek Platform Nederland (IPN)
De wereldbevolking groeit tussen nu en 2040 naar verwachting van zeven naar negen miljard mensen. Nog meer mensen zullen op hetzelfde landoppervlak aan hun eten en drinken moeten zien te komen. In sommige gebieden wordt het daarom dringen om het schaars beschikbare water. Hoe kan elke wereldburger dan toch nog steeds genoeg te eten en drinken krijgen? Dat kan wanneer de voedselopbrengst per liter verbruikt water toeneemt. Het Nederlandse bedrijf eLEAF ontwikkelt informatieproducten die boeren helpen om precies dat voor elkaar te krijgen.
In digitale kaarten legt het bedrijf gedetailleerd ruimtelijk vast hoe de actuele waterconsumptie, de waterbehoefte van gewassen en de potentiële gewasopbrengst zich ontwikkelen. Deze kaarten vormen de invoer voor zogeheten ‘instructiekaarten’ die door de boordcomputer van een tractor worden gebruikt voor het automatisch aansturen van landbouwmachines. Het resultaat is een duurzamere productie tegen lagere kosten. Verschillende bedrijven leveren gespecialiseerde diensten op basis van deze informatieproducten.
eLEAF is een voorbeeld van een bedrijf dat geografische gegevens die vrij door overheden beschikbaar zijn gesteld gebruikt en aanvult om er nieuwe waardevolle producten mee te creëren. In dit voorbeeld gaat het om data afkomstig uit het Nationale Satellietdataportaal. Het mes snijdt aan twee kanten. Het bedrijfsleven profiteert van de gegevens die de overheid gratis beschikbaar stelt. En de overheid ziet beleidsdoelstellingen dichterbij komen, in dit geval het versterken van duurzame landbouw.
In navolging van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië is het vrij beschikbaar stellen van overheidsdata een speerpunt van de Nederlandse overheid. Dat speerpunt is vastgelegd in de Digitale Agenda Nederland. Frans Lips, senior beleidsmedewerker geo-informatie van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I): “Het basisidee is dat de overheid gegevens die met belastinggeld zijn betaald gratis of tegen verstrekkingskosten beschikbaar stelt zodat de private sector ze kan gebruiken om nieuwe producten en diensten te ontwikkelen. Open geodata stimuleren de innovatie. Ook de overheid profiteert: door nieuwe economische activiteit stijgen de belastinginkomsten. Daarnaast kan de markt nieuwe producten of diensten ontwikkelen waarmee de overheid efficiënter kan gaan werken. Het Open Data beleid van de overheid mag dus best iets kosten.”
In Nederland zijn het de gemeenten, de provincies, de rijksoverheid en kennisinstellingen zoals TNO, het KNMI en het RIVM die grote hoeveelheden geo-informatie verzamelen. Die data zijn meestal bijproducten van overheidsbeleid. Zo verzamelt het kadaster in Nederland al een kleine twee eeuwen geografische informatie over de afmetingen en het gebruik van grond.
Deze traditionele landmetingen zijn in de afgelopen decennia aangevuld met nieuwe vormen van geodata, zoals lucht- en satellietfoto’s. Landbouwers kunnen satellietgegevens gebruiken voor het optimaal besproeien van gewassen. Gemeenten kunnen verzakkingen van gebouwen of zelfs wijken dankzij geodata tot millimeters nauwkeurig in kaart laten brengen. En door het in kaart brengen van de verspreiding van waterplanten kan zowel de waterrecreant als de scheepvaart tijdig worden gewaarschuwd. De mogelijkheden om open geodata nuttig te gebruiken lijken eindeloos.
Creatieve apps
In het gebruik van open geodata lopen nu nog de wetenschappers voorop. Arnold Bregt is hoogleraar geo-informatiekunde aan de Wageningen Universiteit: “Wij spelen eigenlijk vier rollen bij open data. Wij zijn gebruikers, producenten, onderzoekers en ook voorvechters van open data. Onze afstudeerstudenten gebruiken massaal open geodata. Een van hen is bijvoorbeeld nagegaan in hoeverre je met open data een hydrologisch model van Nederland kunt maken. Dat bleek voor 85 procent te lukken. Dat laat zien dat we al ver zijn gevorderd met het gebruik van open data. Daarnaast doen wij ook onderzoek naar de effecten van open data op de maatschappij, op producenten en op de interactie daartussen.”
Open data zijn hot. Maar hoe zit het met het gebruik van open geodata door de particuliere sector? “Open Data zijn een betrekkelijk nieuw fenomeen”, zegt Frans Lips. “Ondernemers en applicatiebouwers zijn niet zomaar bekend met de beschikbaarheid en de mogelijkheden van Open Data. We staan aan het begin van een nieuwe ontwikkeling. Hier en daar zien we al mooie successen. Zo hebben twee kleine innovatieve startups, Arcate en Innoview, een app ontwikkeld die boeren waarschuwt wanneer zij te dicht met hun landbouwmachines in de buurt van weidevogelnesten komen. De data komt van Stichting Landschapsbeheer Nederland. De app biedt belangrijke maatschappelijke toegevoegde waarde. Een volgende stap is het ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen op basis van Open Data. Hiervoor is vertrouwen en samenwerking nodig: vertrouwen dat de overheid continuïteit biedt in het Open Data-beleid en creatieve ondernemers met bereidheid tot investeringen. Dan gaat de motor lopen en ontstaat nieuwe economische activiteit.”
Hoogleraar Arnold Bregt onderscheidt de algemene toepassingen, die voor iedereen nuttig zijn, zoals Google Maps, Open Street Map of Buienradar, en domeinspecifieke toepassingen. Bregt: “Het laaghangende fruit is nu wel geplukt. Dat zijn de algemene toepassingen. De volgende stap is het ontwikkelen van domeinspecifieke toepassingen. Zo’n domeinspecifieke toepassing is bijvoorbeeld de tractor die is omgetoverd tot een rijdende robot. Het idee is dat een tractor geo-informatie gebruikt om gedoseerd en locatiespecifiek kunstmest te strooien. Dat is goedkoper voor de boer en tegelijkertijd beter voor het milieu.”
Privacy versus openheid
Open data zijn hot. Maar hoe zit het met het gebruik van open geodata door de particuliere sector? “Open Data zijn een betrekkelijk nieuw fenomeen”, zegt Frans Lips. “Ondernemers en applicatiebouwers zijn niet zomaar bekend met de beschikbaarheid en de mogelijkheden van Open Data. We staan aan het begin van een nieuwe ontwikkeling. Hier en daar zien we al mooie successen. Zo hebben twee kleine innovatieve startups, Arcate en Innoview, een app ontwikkeld die boeren waarschuwt wanneer zij te dicht met hun landbouwmachines in de buurt van weidevogelnesten komen. De data komt van Stichting Landschapsbeheer Nederland. De app biedt belangrijke maatschappelijke toegevoegde waarde. Een volgende stap is het ontwikkelen van nieuwe verdienmodellen op basis van Open Data. Hiervoor is vertrouwen en samenwerking nodig: vertrouwen dat de overheid continuïteit biedt in het Open Data-beleid en creatieve ondernemers met bereidheid tot investeringen. Dan gaat de motor lopen en ontstaat nieuwe economische activiteit.”
Hoogleraar Arnold Bregt onderscheidt de algemene toepassingen, die voor iedereen nuttig zijn, zoals Google Maps, Open Street Map of Buienradar, en domeinspecifieke toepassingen. Bregt: “Het laaghangende fruit is nu wel geplukt. Dat zijn de algemene toepassingen. De volgende stap is het ontwikkelen van domeinspecifieke toepassingen. Zo’n domeinspecifieke toepassing is bijvoorbeeld de tractor die is omgetoverd tot een rijdende robot. Het idee is dat een tractor geo-informatie gebruikt om gedoseerd en locatiespecifiek kunstmest te strooien. Dat is goedkoper voor de boer en tegelijkertijd beter voor het milieu.”
Privacy versus openheid
Senior beleidsmedewerker geo-informatie Frans Lips geeft aan dat de lokale, provinciale en rijksoverheid al veel doen, maar dat veel nog los van elkaar staat. Lips: “Voor de buitenwereld is het vaak nog ondoorzichtig hoe het zit met het beheer en de kwaliteit van de data. De uitdaging voor ons als ministerie is om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen. Momenteel voeren wij een inventarisatie uit naar databronnen die zich lenen om als open data beschikbaar te stellen. In het najaar gaan we met overheidspartners en het bedrijfsleven een stimuleringsprogramma opzetten. Dit plan wordt wat mij betreft een onderdeel van de nieuwe nationale beleidsagenda voor geo-informatie, die in het najaar wordt opgesteld.”
De overheid beschikt over veel geodata. Kan alles dan zomaar openbaar worden gemaakt? Nee, niet automatisch. Bij de vraag welke data wel en niet openbaar worden gemaakt treedt een spanningsveld op tussen privacy en openheid. Lips: “Aan de ene kant moet de overheid de privacy van de burger garanderen en aan de andere kant geeft de Wet Openbaarheid Bestuur de burger het recht om bepaalde overheidsgegevens in te zien.” Niet altijd is makkelijk te zien wanneer de privacy wordt geschonden, vult Arnold Bregt aan: “Het kan bijvoorbeeld zijn dat de datasets A en B afzonderlijk de privacy van de burger niet schenden, maar dat het combineren van A met B de privacy wel schendt. Dat moet dus goed worden onderzocht.”
De stap van het bezitten van veel data naar het efficiënt beschikbaar maken ervan is minder triviaal dan het lijkt. “Dat stelt de informatica voor tal van uitdagingen”, aldus Bregt. “Het snel kunnen omgaan met grote hoeveelheden data is er daar maar een van. Het weten om welke data het gaat en het omgaan met diffuse data is een andere uitdaging. Daarnaast is het belangrijk om data effectief te kunnen visualiseren en om slimme gebruikersinterfaces te bouwen. In de toekomst komt daar ook nog de koppeling aan sensornetwerken bij. We zien een verschuiving van het eens in de zoveel tijd monitoren van bijvoorbeeld de sterkte van een dijk naar het continu monitoren.”
Langetermijninvestering
De overheid beschikt over veel geodata. Kan alles dan zomaar openbaar worden gemaakt? Nee, niet automatisch. Bij de vraag welke data wel en niet openbaar worden gemaakt treedt een spanningsveld op tussen privacy en openheid. Lips: “Aan de ene kant moet de overheid de privacy van de burger garanderen en aan de andere kant geeft de Wet Openbaarheid Bestuur de burger het recht om bepaalde overheidsgegevens in te zien.” Niet altijd is makkelijk te zien wanneer de privacy wordt geschonden, vult Arnold Bregt aan: “Het kan bijvoorbeeld zijn dat de datasets A en B afzonderlijk de privacy van de burger niet schenden, maar dat het combineren van A met B de privacy wel schendt. Dat moet dus goed worden onderzocht.”
De stap van het bezitten van veel data naar het efficiënt beschikbaar maken ervan is minder triviaal dan het lijkt. “Dat stelt de informatica voor tal van uitdagingen”, aldus Bregt. “Het snel kunnen omgaan met grote hoeveelheden data is er daar maar een van. Het weten om welke data het gaat en het omgaan met diffuse data is een andere uitdaging. Daarnaast is het belangrijk om data effectief te kunnen visualiseren en om slimme gebruikersinterfaces te bouwen. In de toekomst komt daar ook nog de koppeling aan sensornetwerken bij. We zien een verschuiving van het eens in de zoveel tijd monitoren van bijvoorbeeld de sterkte van een dijk naar het continu monitoren.”
Langetermijninvestering
Hoe ziet de toekomst er voor de open geodata uit? Wat zijn haalbare doelen in de komende jaren? Frans Lips van het ministerie van EL&I: “Wat ons betreft werken we in de komende jaren toe naar een geïntegreerd Open geodatabeleid bij gemeente, provincie en rijk. Het tweede sleutelwoord is transparantie. En omdat er veel meer data beschikbaar zijn dan relevant is, moeten we, ten derde, het aanbod beter bij de vraag laten aansluiten. Ook moet de nationale geodata-infrastructuur robuust worden. Deze is nodig om een stabiel platform te bieden voor het publiceren van Open Data. En natuurlijk hebben we goed opgeleide, creatieve mensen nodig die de mogelijkheden oppakken.”
Voor Arnold Bregt staat de kwaliteit van de data voorop: “Je moet data niet als een tijdelijk project beschouwen, maar als een langetermijninvestering. Wanneer data niet worden bijgehouden zullen bedrijven er niet snel in investeren. Daarnaast hoop ik dat open data ook open blijven. Er bestaat steeds een spanningsveld tussen openheid aan de ene kant en privacy en aansprakelijkheid aan de andere kant. De angst om aansprakelijk te worden gesteld moet er niet toe leiden dat de kraan met open data later alsnog dicht wordt gedraaid. Ten slotte moet het gebruik van open data actief worden gestimuleerd. Open geodata hebben veel te bieden, maar innovatie gaat niet vanzelf.”
Ondanks het feit dat grootschalig gebruik van geodata door de particuliere sector nog in de kinderschoenen staat, ziet hoogleraar Arnold Bregt toch al positieve effecten ontstaan van het ontsluiten van geodata: “Geo-informatie was lang een eiland binnen de informatica. Maar inmiddels springen ook de niet-klassieke geo-bedrijven er op. Geo-informatietechnologie is algemene IT-technologie geworden. De exclusiviteit om om te gaan met data neemt af en dat is goed voor de innovatie.”
[Kader:]
App-wedstrijden
Twee voorbeelden van het stimuleren van het gebruik van overheidsdata zijn de wedstrijden Apps for Amsterdam en Apps voor Nederland. Deze wedstrijden hebben als doel het ontwikkelen van een originele, gebruiksvriendelijke en maatschappelijke relevante mobiele app waar ook nog een markt voor is.
De wedstrijd Apps voor Nederland werd begin dit jaar gewonnen door het collectief Glimworm met hun app Vistory. Vistory toont historische beelden en films gerelateerd aan de specifieke locatie waar je je bevindt. Zo biedt de app een nieuwe manier om de Nederlandse geschiedenis te herbeleven precies op de plek waar die zich heeft voltrokken. De jury oordeelde over Vistory: “De app heeft een sterk educatief karakter, maar kan ook ingezet worden in bijvoorbeeld de toeristische sector. Daarnaast stimuleert Vistory participatie door gebruikers op te roepen zelf beelden toe te voegen en zo de dataset te verrijken.”
De tweede prijs ging naar de app ‘10.000 Scholen’ van het collectief FreshHeads. Deze app biedt gedetailleerde informatie over alle basis- en middelbare scholen in Nederland en is daarmee de eerste landelijke, mobiele scholenzoeker. Ouders en jongeren kunnen de app gebruiken om een beter geïnformeerde keuze te maken uit het grote onderwijsaanbod. De derde prijs ging naar de app Sola van Erik Romijn. Sola berekent of het plaatsen van een zonnepaneel op het dak van je huis al dan niet rendabel is.
De wedstrijd Apps for Amsterdam loopt nog tot 19 oktober 2012 en heeft tot doel om zoveel mogelijk data van de Gemeente Amsterdam toegankelijk te maken en te benutten. Veiligheid, mobiliteit, leegstand, energie, toerisme&cultuur en democratie zijn de centrale thema’s. Enkele voorbeelden van apps die al zijn ontwikkeld, zijn een kunstwandelroute-app, een parkeer-app, een huisvuil-app en een app die politieke debatten in kaart brengt.
Internet
www.appsvoornederland.nl/
www.appsforamsterdam.nl/
[Engelse samenvatting]
Inspired by American and British open data initiatives, the Dutch government has launched in 2011 a similar open data initiative: www.data.overheid.nl. The so called Digital Agenda Netherlands actively stimulates the unlocking, combining and visualizing of open data. For the moment the academic world is at the forefront of the use of open data. Scientists use open data in fields such as healthcare, water management, agriculture, criminality and history. The business sector is gradually catching up and discovering more and more the potential of open data. A large set of mobile apps are being developed, such as apps that help farmers to make their agriculture more sustainable or apps that give tourists a new dimension in visiting a city.
Internet
www.Data.overheid.nl
www.nationaalgeoregister.nl/geonetwork/srv/nl/main.home
www.maps4science.nl
www.spaceoffice.nl/nl/Satellietdataportaal
www.eleaf.com/
www.mijnakker.nl/
Voor Arnold Bregt staat de kwaliteit van de data voorop: “Je moet data niet als een tijdelijk project beschouwen, maar als een langetermijninvestering. Wanneer data niet worden bijgehouden zullen bedrijven er niet snel in investeren. Daarnaast hoop ik dat open data ook open blijven. Er bestaat steeds een spanningsveld tussen openheid aan de ene kant en privacy en aansprakelijkheid aan de andere kant. De angst om aansprakelijk te worden gesteld moet er niet toe leiden dat de kraan met open data later alsnog dicht wordt gedraaid. Ten slotte moet het gebruik van open data actief worden gestimuleerd. Open geodata hebben veel te bieden, maar innovatie gaat niet vanzelf.”
Ondanks het feit dat grootschalig gebruik van geodata door de particuliere sector nog in de kinderschoenen staat, ziet hoogleraar Arnold Bregt toch al positieve effecten ontstaan van het ontsluiten van geodata: “Geo-informatie was lang een eiland binnen de informatica. Maar inmiddels springen ook de niet-klassieke geo-bedrijven er op. Geo-informatietechnologie is algemene IT-technologie geworden. De exclusiviteit om om te gaan met data neemt af en dat is goed voor de innovatie.”
[Kader:]
App-wedstrijden
Twee voorbeelden van het stimuleren van het gebruik van overheidsdata zijn de wedstrijden Apps for Amsterdam en Apps voor Nederland. Deze wedstrijden hebben als doel het ontwikkelen van een originele, gebruiksvriendelijke en maatschappelijke relevante mobiele app waar ook nog een markt voor is.
De wedstrijd Apps voor Nederland werd begin dit jaar gewonnen door het collectief Glimworm met hun app Vistory. Vistory toont historische beelden en films gerelateerd aan de specifieke locatie waar je je bevindt. Zo biedt de app een nieuwe manier om de Nederlandse geschiedenis te herbeleven precies op de plek waar die zich heeft voltrokken. De jury oordeelde over Vistory: “De app heeft een sterk educatief karakter, maar kan ook ingezet worden in bijvoorbeeld de toeristische sector. Daarnaast stimuleert Vistory participatie door gebruikers op te roepen zelf beelden toe te voegen en zo de dataset te verrijken.”
De tweede prijs ging naar de app ‘10.000 Scholen’ van het collectief FreshHeads. Deze app biedt gedetailleerde informatie over alle basis- en middelbare scholen in Nederland en is daarmee de eerste landelijke, mobiele scholenzoeker. Ouders en jongeren kunnen de app gebruiken om een beter geïnformeerde keuze te maken uit het grote onderwijsaanbod. De derde prijs ging naar de app Sola van Erik Romijn. Sola berekent of het plaatsen van een zonnepaneel op het dak van je huis al dan niet rendabel is.
De wedstrijd Apps for Amsterdam loopt nog tot 19 oktober 2012 en heeft tot doel om zoveel mogelijk data van de Gemeente Amsterdam toegankelijk te maken en te benutten. Veiligheid, mobiliteit, leegstand, energie, toerisme&cultuur en democratie zijn de centrale thema’s. Enkele voorbeelden van apps die al zijn ontwikkeld, zijn een kunstwandelroute-app, een parkeer-app, een huisvuil-app en een app die politieke debatten in kaart brengt.
Internet
www.appsvoornederland.nl/
www.appsforamsterdam.nl/
[Engelse samenvatting]
Inspired by American and British open data initiatives, the Dutch government has launched in 2011 a similar open data initiative: www.data.overheid.nl. The so called Digital Agenda Netherlands actively stimulates the unlocking, combining and visualizing of open data. For the moment the academic world is at the forefront of the use of open data. Scientists use open data in fields such as healthcare, water management, agriculture, criminality and history. The business sector is gradually catching up and discovering more and more the potential of open data. A large set of mobile apps are being developed, such as apps that help farmers to make their agriculture more sustainable or apps that give tourists a new dimension in visiting a city.
Internet
www.Data.overheid.nl
www.nationaalgeoregister.nl/geonetwork/srv/nl/main.home
www.maps4science.nl
www.spaceoffice.nl/nl/Satellietdataportaal
www.eleaf.com/
www.mijnakker.nl/
Labels:
Informatica
Thursday, October 11, 2012
Daniel Dennett on his two favourite scientists: Charles Darwin and Alan Turing
Philosopher Daniel Dennett gave a lecture about his two favourite scientists: Charles Darwin and Alan Turing at the conference Turing in Context in Brussels, October 10, 2012.
"Consciousness, free will and evolution form a trio."
"Of course we have free will. We can be autonomous and material at the same time."
"Darwin’s theory of evolution by natural selection unifies the world of physics with the world of meaning and purpose by proposing a deeply counterintuitive 'inversion of reasoning’ (according to a 19th century critic): ‘‘to make a perfect and beautiful machine, it is not requisite to know how to make it’’. Turing proposed a similar inversion: to be a perfect and beautiful computing machine, it is not requisite to know what arithmetic is. Together, these ideas help to explain how we human intelligences came to be able to discern the reasons for all of the adaptations of life, including our own."
"Consciousness, free will and evolution form a trio."
"Of course we have free will. We can be autonomous and material at the same time."
"Darwin’s theory of evolution by natural selection unifies the world of physics with the world of meaning and purpose by proposing a deeply counterintuitive 'inversion of reasoning’ (according to a 19th century critic): ‘‘to make a perfect and beautiful machine, it is not requisite to know how to make it’’. Turing proposed a similar inversion: to be a perfect and beautiful computing machine, it is not requisite to know what arithmetic is. Together, these ideas help to explain how we human intelligences came to be able to discern the reasons for all of the adaptations of life, including our own."
Listen here to his lecture:
.
Dennett even borrowed an example that I had used just before in my own lecture 'From Turing's Test to Turing's Tango': the human brain has a power consumption of 20 Watt, whereas supercomputer Watson, which beat the two best human players in the Jeopardy-quiz (2011), consumes 6 MW. That's 300.000 times as much as the human brain.
Dennett even borrowed an example that I had used just before in my own lecture 'From Turing's Test to Turing's Tango': the human brain has a power consumption of 20 Watt, whereas supercomputer Watson, which beat the two best human players in the Jeopardy-quiz (2011), consumes 6 MW. That's 300.000 times as much as the human brain.
Labels:
Filosofie
Saturday, October 6, 2012
Human and artificial intelligence at TEDx Delft
This is me performing at a great TEDx Delft on Friday October 5:
"There is one thing computers and robots will never ever be able to do...And that is to evolve from the apes."
"Forget about the idea that computers and robots are going to rule the world. If we want to improve the world, we have to think more about the best possible cooperation between human and artificial intelligence. How can man and machine become the best pair of tango dancers?"
Here is a drawing of me made by De Jongens van de Tekeningen:
"Like an airplane flies in a different way than a bird, robots and computers are intelligent in a different way than humans. And there is nothing wrong with that."
(Designed by Philip Stroomberg)
And watch here the unedited version of TEDx Delft: 'Never grow up'.
Labels:
Lezingen,
TEDx Delft
Tuesday, September 25, 2012
Turing in Nederland: lezingen, toneelstuk en film op 5 en 6 oktober
Nederland viert de honderdste verjaardag van de vader van de computer
De vader van de computer, Alan Turing (1912-1954), zou dit jaar honderd jaar zijn geworden. Turing vond als eerste de universele rekenmachine uit. Deze machine vormt de basis van het huidige onderscheid tussen hardware en software en is fundamenteel voor al het moderne computergebruik. Turing heeft niet alleen het theoretische model van de moderne computer uitgevonden, maar heeft ook een beslissende rol gespeeld in het decoderen van de Duitse Enigmacode in de Tweede Wereldoorlog. Verder was hij betrokken bij de constructie van de eerste Britse computers en formuleerde hij de beroemde Turingtest voor het nieuwe vakgebied van de kunstmatige intelligentie.
In 1952 werd hij gearresteerd voor “grove onfatsoenlijkheid” vanwege zijn homoseksualiteit. Homoseksualiteit was destijds een strafbaar feit in Engeland en Turing werd veroordeeld tot chemische castratie door middel van een behandeling met vrouwelijke hormonen. Twee jaar later pleegde hij zelfmoord. Pas in 2009 bood de Britse regering haar excuses aan voor deze verschrikkelijke behandeling.
Het eeuwfeest van deze grote geest wordt gevierd over de hele wereld, en in oktober ook in Nederland. Op vrijdag 5 oktober a.s. organiseert de Nederlandse Vereniging voor Logica & Wijsbegeerte der Exacte Wetenschappen (VvL) het evenement Turing100.nl in de Openbare Bibliotheek in Amsterdam (OBA). Openbare lezingen over verschillende aspecten van Turings werk worden aangevuld met een theatervoorstelling van de University Players Hamburg. Dit toneelgezelschap voert het stuk Breaking the Code van Hugh Whitemore in op in Theater van ’t Woord in de OBA (19:30-21:30 - uitvoering in het Engels).
Breaking the Code, Paderborn, 14 September 2012
Op zaterdag 6 oktober a.s. vormt Turing een belangrijk thema op de Open Dag Science Park Amsterdam waar het Centrum voor Wiskunde en Informatica (CWI) zijn Turingtentoonstelling laat zien (van 12:00 tot 17:00). Benedikt Löwe geeft een overzicht van de Turingvieringen elders in de wereld en wetenschapsjournalist Bennie Mols vertelt over het leven en werk van Alan Turing. Verder wordt de nieuwe documentaire Codebreaker van Patrick Sammon getoond (16:00 - 17:00).
Codebreaker by Patrick Sammon
Voor vragen kunt u terecht bij: Prof. Dr. Benedikt Löwe, Institute for Logic, Language and Computation, Universiteit van Amsterdam, b.loewe@uva.nl
Internet:
Alan Turing Jaar 2012 (Nederland): www.alanturing2012.nl/
Alan Turing Year 2012 (wereldwijd): www.turingcentenary.eu
Turing100.nl: www.turing100.nl
University Players Hamburg, Breaking the Code: www.math.uni-hamburg.de/BreakingTheCode/
Open Dag Science Park Amsterdam: www.scienceparkamsterdam.nl/nieuws/open-dag
Turing100.nl: www.turing100.nl
University Players Hamburg, Breaking the Code: www.math.uni-hamburg.de/BreakingTheCode/
Open Dag Science Park Amsterdam: www.scienceparkamsterdam.nl/nieuws/open-dag
Labels:
Informatica
Friday, September 21, 2012
Lezingen & Debatten/Lectures & Debates
Ik ben te boeken voor lezingen over kunstmatige intelligentie, robots, Alan Turing, het menselijk brein en technologische trends in de digitale wereld. Maar ook meer algemeen over het plezier dat het kijken naar de wereld met een wetenschappelijke blik heeft te bieden. Verder sta ik natuurlijk altijd open voor nieuwe onderwerpen en ideeën.
Voor het aanvragen van lezingen en dagvoorzitterschappen kunt u contact opnemen met de Speakers Academy®.
Bekijk hier mijn lezingenprofiel van Speakers Academy® (klik door naar "Volledige biografie")
Naast het geven van lezingen, leid ik ook debatten over mijn favoriete onderwerpen.
I am available to speak at conferences and to corporations and organizations.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Recente lezingen en debatten:
Lezingen en optredens in de afgelopen jaren:
Op zondag 24 november voorzag ik de IDFA-documentaire iHuman van omlijsting: een korte introductie vooraf en een nagesprek van een half uur:
In het eerste kwartier van het nagesprek praat ik met regisseur Tonje Hessen Schei, journalist Lee Fang, voormalig Google-medewerker Jack Poulson en Edward Snowdens advocaat Ben Wizner.
In het tweede kwartier spreek ik via een Skype-verbinding met Edward Snowden over zijn kijk op de documentaire en op de impact van AI op onze samenleving.
Op donderdag 14 november modereerde ik een paneldiscussie over de Toekomst van het Internet tijdens het ECP Jaarcongres.
Panelleden: Marleen Stikker (Waag), Valerie Frissen (SIDN), Kees Neggers (Internetpionier opgenomen in Internet Hall of Fame), Michiel Steltman (Stichting Digitale Infrastructuur Nederland)
De belangrijkste technologie van onze tijd is kunstmatige intelligentie: technologie die computers en robots in staat stelt om waar te nemen, te denken en te handelen. Hoewel het in principe mogelijk is om bewuste, mensachtige machines te bouwen, is dat om ethische redenen niet wenselijk. Wij mensen ontwerpen, produceren, bedienen en bezitten computers en robots. Ze vallen volledig onder onze verantwoordelijkheid.
Wat we nodig hebben zijn slimme machines als instrumenten, niet als autonome wezens. Kunstmatige intelligentie helpt ons bij het optimaliseren van oplossingen voor talloze problemen, maar wij als mensen bepalen wat we willen optimaliseren en wat als optimaal geldt.
In de praktijk blijkt machine-intelligentie ook heel anders te zijn dan menselijke intelligentie. En net zoals in de mensenwereld heterogene teams succesvoller zijn, zo zullen in de toekomst teams van mensen en machines succesvoller zijn dan teams van alleen mensen.
In de wetenschap zal kunstmatige intelligentie ons helpen nieuwe medicijnen en materialen te ontdekken, nieuwe natuurkunde en wiskunde, ja zelfs om ons eigen brein beter te begrijpen. De cruciale vraag is daarom hoe we het beste van kunstmatige intelligentie combineren met het beste van menselijke intelligentie.
Op vrijdag 1 februari nam ik deel aan de paneldiscussie The Future of AI, die deel uitmaakt van de Lorentz Workshop The Future of AI: Ethical, Legal, and Societal Issues
2018
Op donderdag 22 november gaf ik een lezing bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken over "Kunstmatige intelligentie voor een slimmere overheid".
Op maandag 22 oktober gaf ik een lezing bij de Filosofische Kring te Rozendaal over "Hoe creëren we mensachtige intelligentie in een machine?"
Op maandag 15 oktober gaf ik een publiekslezing over kunstmatige intelligentie en robots bij AI Challenge in Groningen: Hallo Robot - Meet Your New Workmate and Friend
2017
Op maandag 30 oktober was ik te gast bij de Meet-up van de VPRO Tegenlicht-uitzending 'Mensen, goden en technologie - De Wereld over 25 jaar' in de Centrale Bibliotheek in Utrecht.
Op woensdag 25 en donderdag 26 oktober modereerde ik de International Masterclass Robotics in Delft
Op dinsdag 9 mei gaf ik een lezing onder de titel "De robothype: Wat is feit en wat is fictie?" in een programma van Pakhuis De Zwijger in Amsterdam.
Because creativity is such a vaguely defined term, the question whether computers can be creative is a philosophical rather than a scientific question. Defining creativity in a narrow way, some computers are already creative. However, if we define creativity as human creativity, in a way exhibited for example by Einstein, Picasso or Kafka, computers have some fundamental problems. In my talk I will address these problems, as well as answer the question which capabilities machines would need in order to exhibit human creativity. Finally, I will argue that we focus too much on copying human creativity and intelligence in machines and propose a more realistic, productive and creative alternative.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2015
Op donderdag 5 november zat ik in een discussiepanel bij het International Science Festival InScience in Nijmegen.
Aan de hand van de films The Forecaster, Ik ben Alice en Ex Machina discussiëren we over vragen als: Is de mens al machine? En de machine al mens? Deze dag staat de interactie tussen mens en machine centraal. Moeten we ze omarmen, die zorgrobots? En hoe realistisch is de angst dat robots ons ooit zullen overheersen? Wat is intelligentie eigenlijk? En hoe slim kan kunstmatige intelligentie zijn – vraagt innovatie niet om irrationaliteit?
Op 21 april vond in De Balie in Amsterdam een publiek debat plaats over kunstmatige intelligentie. Tijdens dit debat verzorgde ik een column.
Wetenschappers lanceren in een open brief een onderzoekagenda die is gericht op maatschappelijk verantwoord gebruik van kunstmatige intelligentie.
Onderzoek naar kunstmatige intelligentie moet de mensheid ten goede komen en mogelijke nadelen voorkomen. Dat is de essentie van de open brief ‘Robust and Benificial AI’ van grootheden als Elon Musk en Stephen Hawking.
Welke consequenties moet de onderzoekswereld aan die oproep verbinden?
Klik hier voor meer informatie
Vrijdag 20 maart 20.00 uur Oude Kerk, Amsterdam: In het kader van de schitterende expositie van videokunstenaar Tony Oursler in de Oude Kerk gaf ik een lezing over denkende machines:
Wat te denken van denkende machines? - Alan Turing meets Tony Oursler
In zijn nieuwste kunstwerk I/O underflow, speciaal gemaakt voor de Oude Kerk in Amsterdam, laat de Amerikaanse kunstenaar Tony Oursler zich inspireren door het leven en werk van computerpionier Alan Turing. Oursler stelt vraagtekens bij de digitale revolutie.
Alan Turing voorzag begin jaren vijftig een toekomst waarin machines zouden gaan denken net zoals mensen. Inmiddels rukken denkende machines steeds verder op in ons dagelijks leven: van intelligente camera’s tot computerartsen en van zelfrijdende auto’s tot zorgrobots. Welke plek blijft er voor ons mensen nog over?
Turing-kenner en wetenschapsjournalist Bennie Mols verweeft het werk van Tony Oursler met dat van Alan Turing om na te denken over de steeds toenemende rol van denkende machines in ons leven. Wat hebben denkende machines ons gebracht en wat gaan ze ons nog brengen?
Meer informatie: http://www.oudekerk.nl/en/programma/kalender/what-to-think-about-thinking-machines-alan-turing-meets-tony-oursler
“De wiskunde achter de speelfilm ‘The Imitation Game’”
Het dramatische leven en werk van wiskundige Alan Turing (1912-1954) staat centraal in de spannende speelfilm ‘The Imitation Game’, die momenteel in de Nederlandse bioscopen draait. Turing is de pionier van het digitale tijdperk, de geestelijke vader van de computer en de kraker van de geheime Duitse Enigma-code.
Aan de hand van fragmenten uit de film zal Turing-kenner Bennie Mols ons meenemen naar de wiskunde achter de film. Onder andere komen voorbij: de universele computer, het kraken van de geheime Duitse Enigma-code, de vraag of computers kunnen denken en het bedrijven van wiskunde met de computer.
Meer informatie:
http://sanctamaria.mwp.nl/Home/Nieuwsvolgpagina/tabid/155/ArticleId/678/Uitnodiging-Pi-lezing-13-maart.aspx
Zaterdag 10 januari: Voor EenVandaag TV vertelde ik over de film "The Imitation Game", die op 8 januari in Nederland in première ging, een speelfilm over het leven en werk van Alan Turing.
2014
Dinsdag 9 december 2014 gaf ik een keynote-lezing tijdens de Autisme-conferentie in Oost-Malle (België): Het brein van de toekomst
Recent is het gelukt om het brein van een rat in Brazilië via het Internet te laten communiceren met dat van een rat in de VS. Dit is een van de spannendste toepassingen van machines die worden gebruikt om hersenen nieuwe mogelijkheden te geven. In deze lezing vertelt wetenschapsjournalist Bennie Mols over de laatste ontwikkelingen op het terrein van brein-machine-interfaces. Ook vertelt hij over veelbelovende manieren om het menselijk brein na te bootsen op de computer en wat dat betekent voor de toekomst van de mens. Kunnen we straks ons brein downloaden en onsterfelijk worden? Wordt de mens meer computer en de computer meer mens?
Zondag 13 april 2014 tijdens het 30th Imagine Film Festival in het EYE Instituut in Amsterdam neem ik deel aan het symposium Van HAL tot GERTY:
In dit symposium wordt gekeken hoe de rol die computers hebben gespeeld in de fantastische film werkelijkheid zijn geworden en wat de gevolgen daarvan zijn. Naast een algemeen gedeelte over het computer als filmpersonage wordt ingegaan op filosofische en ethische vragen: vragen over bewustzijn en emoties van computers, maar ook over de ethiek van steeds slimmer worden apparaten. Met fragmenten van onder meer 2001 A Space Odyssey, Moon en Her.
Via de schaakcomputer, die de mens al lang voorbijgestreefd is wordt overgegaan op Singularity, het moment waarop de computer de menselijke intelligentie voorbijstreeft, en een ver toekomstbeeld waarin kunstmatige intelligentie de wereld heeft overgenomen. Ook dit aan de hand van fragmenten uit Computer Chess, Kasparov vs. Deep Blue, Star Trek, The Machine en andere films.
Het symposium is voorbereid en wordt gemodereerd door Jan van den Berg. Bevestigde gasten zijn hoogleraar Kunstmatige Intelligentie Jaap van den Herik, filmjournaliste Dana Linssen, filmmaker Igor Kramer en wetenschapsjournalist en auteur Bennie Mols.
Hier is een kort video-verslag:
2013
Woensdag 30 oktober 2013 in de serie "Het (on)gelijk van science fiction" ga ik een lezing geven die uit gaat van twee 19e eeuwse SF-klassiekers: Frankenstein (1818) van Mary Shelley en The war of the worlds (1898) van HG Wells.
Titel van mijn lezing: Van Frankenstein tot Solaris - Over menselijke, kunstmatige en buitenaardse intelligentie in Science Fiction
Thema's: Buitenaardse, kunstmatige en menselijke intelligentie, technologische voorspellingen, het scheppen van leven uit dode materie, existentiële angst voor wezens die de wereld van ons overnemen en de filosofische vraag: Wat betekent 'mens zijn'?
De serie "Het (on)gelijk van science fiction" bestaat uit 6 lezingen over techniek, fantasie en voorspellingen in de 19e eeuw, en wordt georganiseerd door Bibliotheek Hengelo en Techniekmuseum HEIM.
Beluister hieronder het beroemde, op 'War of the Worlds' gebaseerde hoorspel dat Orson Welles in 1938 uitzond en dat menig radioluisteraar opvatte als een echte invasie vanuit Mars:
Bekijk hier de officiële trailer van de Frankenstein-film uit 1931 met Boris Karloff als het monster dat Victor Frankenstein heeft geschapen:
De meest fantastische vorm van buitenaardse intelligentie is geschapen door Stanislaw Lem in Solaris: een planeet met een intelligente oceaan. Deze intelligente oceaan kan de gedachten en dromen van menselijke bezoekers van de planeet ‘lezen’ en ze omzetten in fysieke realiteit. Vooral de pijnlijke, onderdrukte gedachten.
Andrei Tarkovsky baseerde er in 1972 de film Solaris op. Lem had een hekel aan die film (juist omdat hij vond dat de intelligentie van de oceaan veel te veel buiten beeld bleef), maar toch is het een indrukwekkende film. Terecht is het een klassieker geworden. Hier is de trailer:
De volledige versie van de film is in twee delen op You Tube te bekijken (Russisch gesproken, YouTube biedt de mogelijkheid Engelse ondertiteling aan te zetten): Deel 1 en Deel 2.
Vrijdag 21 juni 2013 bij het Filosofiecongres van het Zernike College: "Kunnen machines denken?"
Dinsdag 11 juni 2013 bij het VINT-symposium over "The Internet of Things". Ik sprak hier over "Feit en fictie in kunstmatige intelligentie".
Bekijk de video-opname van mijn lezing hier.
Maandag 13 mei 2013 bij het Amsterdam University College in de serie Who's in Town: "The future of the brain": 18.00-20.00
Maandag 15 april 2013 bij het Studium Generale van de Rijksuniversiteit Groningen: "Wat Wikipedia je niet vertelt over Alan Turing": 20.00-21.30.
Donderdag 7 maart 2013 in het Van Abbemuseum in Eindhoven: "Wat beeldende kunst zegt over het menselijk brein"
Het brein schept kunst. Kunnen we uit die kunst dan ook iets leren over ons brein? Bestaan er universele principes in de beeldende kunst die het gevolg zijn van hoe het brein waarneemt? Het lijkt er wel op. De Gestalt-psychologie heeft een aantal van zulke principes al in het begin van de 20e eeuw opgesteld. Pas sinds kort kunnen hersenwetenschappers deze principes ook met de modernste technieken in de hersenen onderzoeken.
De lezing Wat beeldende kunst vertelt over ons brein gaat over de gezichten van Picasso en de meeuwen van Tinbergen, over de orde van Malevich en de chaos van Pollock, over informatiecompressie en patroonherkenning, over een hyperfunctionerende kunstmodule in de hersenen van een autistisch kind en over duiven en bijen die een Picasso van een Monet kunnen onderscheiden.
2012
Maandag 1 oktober 2012 bij het Studium Generale van de Universiteit Maastricht: From Turing’s Test to Turing’s Tango, 20.00-21.30
Woensdag 3 oktober 2012 bij het Studium Generale van de TU Eindhoven: Alan Turing - Pionier van het Digitale Tijdperk, 11.45-13.00
Vrijdag 5 oktober 2012 bij TEDx Delft: "One thing computers and robots will never ever be able to do...and what it means for our future"
Vrijdag 5 oktober 2012 tijdens Turing100.NL in de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA), georganiseerd door de Nederlandse Vereniging voor Logica: From Turing’s Test to Turing’s Tango
Zaterdag 6 oktober 2012 tijdens de open dag van het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI): Alan Turing - Pionier van het Digitale Tijdperk
Woensdag 10 oktober 2012, Turing in context, Brussel: From Turing’s Test to Turing’s Tango, 15.30-16.00 (met ook Daniel Dennett in het programma.)
Vrijdag 26 oktober 2012, NRC Wetenschapsweek i.s.m. de Internationale School Voor Wijsbegeerte: De toekomst van het brein (over brein-machine-interfaces, breinsimulatie en kunstmatige intelligentie).
Zondag 4 november 2012 een kinderlezing over robots onder de titel 'Kijkt een robot ook elke morgen in de spiegel?' (In de lezing zal ik ingaan op vragen zoals: Wat is een robot? Wat zijn de verschillen tussen een robot en een mens? Kan een robot verliefd worden? Wat zou je willen dat een robot voor je kan doen? Waar zijn robots goed in? Waar zijn robots niet goed in?). De lezing wordt georganiseerd door de MuseumJeugdUniversiteit: 11.00-12.00
Woensdag 28 november 2012 ga ik bij het Studium Generale van de TU Eindhoven in discussie met Pieter Jonker over mijn stelling dat kunstmatige intelligentie de menselijke intelligentie nooit gaat overtreffen (en dat daar trouwens niets mis mee is...): Mensenbrein vs. computerbrein: 11.45-13.00
Voor het aanvragen van lezingen en dagvoorzitterschappen kunt u contact opnemen met de Speakers Academy®.
Bekijk hier mijn lezingenprofiel van Speakers Academy® (klik door naar "Volledige biografie")
Naast het geven van lezingen, leid ik ook debatten over mijn favoriete onderwerpen.
Mainly about: artificial intelligence, robots, big data, information technology in general, my hero Alan Turing, and trends in technology. But I am always open for new topics.
I have a pasion for brains and bytes and everything in between.
I have a pasion for brains and bytes and everything in between.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Recente lezingen en debatten:
2020
Op dinsdag 24 november nam ik deel aan een paneldiscussie over het gebruik van AI in de praktijk, naar aanleiding van het nieuwe boek "SLIM managen van AI in de praktijk".
Op donderdag 29 oktober gaf ik bij Juridisch PAO Leiden de lezing "Wat iedereen zou moeten weten over kunstmatige intelligentie".
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Lezingen en optredens in de afgelopen jaren:
2019
In het eerste kwartier van het nagesprek praat ik met regisseur Tonje Hessen Schei, journalist Lee Fang, voormalig Google-medewerker Jack Poulson en Edward Snowdens advocaat Ben Wizner.
In het tweede kwartier spreek ik via een Skype-verbinding met Edward Snowden over zijn kijk op de documentaire en op de impact van AI op onze samenleving.
Op donderdag 14 november modereerde ik een paneldiscussie over de Toekomst van het Internet tijdens het ECP Jaarcongres.
Panelleden: Marleen Stikker (Waag), Valerie Frissen (SIDN), Kees Neggers (Internetpionier opgenomen in Internet Hall of Fame), Michiel Steltman (Stichting Digitale Infrastructuur Nederland)
Op dinsdag 11 juni gaf ik de slotlezing tijdens de Wiskundedialoog 2019, een studiedag voor wiskundedocenten uit Nederland en België: Hybride intelligentie - Het beste van mens en machine
De belangrijkste technologie van onze tijd is kunstmatige intelligentie: technologie die computers en robots in staat stelt om waar te nemen, te denken en te handelen. Hoewel het in principe mogelijk is om bewuste, mensachtige machines te bouwen, is dat om ethische redenen niet wenselijk. Wij mensen ontwerpen, produceren, bedienen en bezitten computers en robots. Ze vallen volledig onder onze verantwoordelijkheid.
Wat we nodig hebben zijn slimme machines als instrumenten, niet als autonome wezens. Kunstmatige intelligentie helpt ons bij het optimaliseren van oplossingen voor talloze problemen, maar wij als mensen bepalen wat we willen optimaliseren en wat als optimaal geldt.
In de praktijk blijkt machine-intelligentie ook heel anders te zijn dan menselijke intelligentie. En net zoals in de mensenwereld heterogene teams succesvoller zijn, zo zullen in de toekomst teams van mensen en machines succesvoller zijn dan teams van alleen mensen.
In de wetenschap zal kunstmatige intelligentie ons helpen nieuwe medicijnen en materialen te ontdekken, nieuwe natuurkunde en wiskunde, ja zelfs om ons eigen brein beter te begrijpen. De cruciale vraag is daarom hoe we het beste van kunstmatige intelligentie combineren met het beste van menselijke intelligentie.
Op maandag 25 februari zou ik tijdens de allerlaatste SMC050 in Groningen een lezing houden over de toekomst van robots. Helaas was ik verhinderd en kon ik mijn verhaal niet live vertellen. Echter: in dit filmpje leg ik aan de hand van de onderstaande vier slides in 7 minuten uit welke twee ideeën wat mij betreft centraal staan in de toekomst van robots:
Op vrijdag 8 februari modereerde ik tijdens het Etmaal van de Communicatiewetenschap een debat over The promise and perils ook social robots
Op vrijdag 1 februari nam ik deel aan de paneldiscussie The Future of AI, die deel uitmaakt van de Lorentz Workshop The Future of AI: Ethical, Legal, and Societal Issues
2018
Op donderdag 22 november gaf ik een lezing bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken over "Kunstmatige intelligentie voor een slimmere overheid".
Op maandag 22 oktober gaf ik een lezing bij de Filosofische Kring te Rozendaal over "Hoe creëren we mensachtige intelligentie in een machine?"
Op maandag 15 oktober gaf ik een publiekslezing over kunstmatige intelligentie en robots bij AI Challenge in Groningen: Hallo Robot - Meet Your New Workmate and Friend
Op vrijdag 12 oktober gaf ik een lezing bij de Fontys Hogeschool Eindhoven over "Onze toekomst met slimme machines".
Op dinsdag 2 oktober gaf ik een lezing bij de WRR over "AI-overheidsbeleid".
Op woensdag 27 juni gaf ik een lezing bij de Stichting Toekomstbeeld der Techniek (STT) over "Superintelligentie".
Op woensdag 25 april gaf ik een lezing bij het Intermate-symposium 2040 - Engineering the future over "Our future with intelligent machines".
Op donderdag 19 april gaf ik een lezing bij ISACA Nederland over Robots & Risico's.
Op maandag 9 april gaf ik bij SMC050 een lezing over de toekomst van de robot: "Have no fear, the robots are here"
Op vrijdag 23 maart gaf ik een lezing en een workshop voor Turner: "Kunstmatige intelligentie in business - KI als multiplier van menselijke intelligentie"
Op donderdag 15 maart gaf ik een lezing voor de Vereniging van Hogescholen: "Big data intelligentie: over domme data, slimme computers en wijze mensen"
2017
Op donderdag 30 november gaf ik een lezing over 'Feit en fictie over intelligente machines' bij CIONET in Bloemendaal.
Op donderdag 23 november om 20.00 uur gaf ik samen met Nieske Vergunst een lezing over ons nieuwe boek 'Hallo robot' in de Openbare Bibliotheek van Heiloo.
Op woensdag 15 november sprak ik over Alan Turing in opdracht van de Stichting ARTEK. Locatie: Het Nutshuis, Den Haag. 19.00-20.30 uur.
Op woensdag 8 november werd het boek 'Hallo robot' gepresenteerd, dat ik samen met Nieske Vergunst heb geschreven. 17.00 uur in boekhandel Scheltema in Amsterdam.
Op woensdag 25 en donderdag 26 oktober modereerde ik de International Masterclass Robotics in Delft
Op dinsdag 9 mei gaf ik een lezing onder de titel "De robothype: Wat is feit en wat is fictie?" in een programma van Pakhuis De Zwijger in Amsterdam.
Op donderdag 6 april gaf ik een lezing over "De robot als collega" tijdens Automation 2017 in Den Bosch.
Tachtig procent van alle magazijnen opereert nog volledig met mensen. Slechts vijf procent is sterk gerobotiseerd. Maar de slimme robot die willekeurig welk artikel kan oppakken, uitpakken, inpakken en transporteren rukt op. Rondrijdende robotkarretjes, flexibele robotarmen die kunnen leren van mensen en zelfs autonome drones veranderen de wereld van de logistiek. Wat kan er nu al? Waar liggen de uitdagingen voor de robot? Hoe staat het met de robot als collega: de co-robot die zij aan zij met mensen werkt?
2016
Op vrijdag 18 november nam ik deel aan een paneldiscussie over 'Robo-ethics' tijdens de EU Robotics Week in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam.
Op donderdag 17 november gaf ik een presentatie over creatieve computers en robots tijdens NRC Live in de Beurs van Berlage in Amsterdam. Bovendien interviewde ik chef-kok Onno Kokmeijer over zijn samenwerking met de computer Chef Watson, Nederlands kampioen schaken Jorden van Foreest over zijn samenwerking met de schaakcomputer en programmeur en kunstenaar Jochem van der Spek over het gebruik van kunstmatige intelligentie bij het maken van nieuwe ontwerpen.
Op vrijdag 14 oktober leidde ik een debat over Technology transfer: from prototype to product tijdens de International Masterclass Robotics, georganiseerd door het TU Delft Robotics Institute.
Op dinsdag 27 september was ik een van de panelleden in een debat over "De robot als collega" in het kader van de toekomst van werk. Pakhuis De Zwijger in Amsterdam.
Op donderdag 1 september leidde ik een debat over Artificial Intelligence and Human Values in het Vredespaleis in Den Haag. Het debat maakt deel uit van de 22e European Conference on Artificial Intelligence.
Op donderdag 30 juni gaf ik van 19.30-20.30 een lezing over creativiteit bij mensen en computers in het Van Abbemuseum in Eindhoven.
Hoe werkt creativiteit (en kunnen computers het ook)?
“Logica brengt je van A naar B, maar verbeelding brengt je overal” - Albert Einstein
Picasso zorgde voor een revolutie in de kunst met zijn kubistische schilderstijl. Einstein zette de natuurkunde op zijn kop met zijn duizelingwekkende theorie over ruimte, tijd en zwaartekracht. Beiden waren zeer creatieve mensen. Creativiteit is het vermogen van de hersenen iets compleet nieuws te scheppen dat nog nuttig is ook. Creativiteit leidt niet alleen tot kunst, maar ook tot wetenschappelijke ontdekkingen en technologische innovaties.
Hoe werkt creativiteit in onze hersenen en hoe kunnen we als individu of als groep zo creatief mogelijk worden? Klopt het romantische beeld van de geniale gek wel? En is brainstormen in een groep echt wel een goed idee?
Terwijl de menselijke hersenen slechts langzaam evolueren, worden computers in een razend tempo slimmer. Ze schaken beter dan mensen en spelen sinds begin dit jaar ook al beter het Aziatische bordspel go. Sommige computers kunnen zelfs al een kort verhaal schrijven of een schilderij maken. Hoe lang duurt het nog voordat computers ook de creativiteit van Picasso of Einstein overtreffen?
Hier is een verslag van de lezing geschreven door Piet van Bragt.
---------------
Op dinsdag 31 mei gaf ik van 12.45-13.30 de lezing Alan Turing - Pioneer of the Digital Age over het leven en werk van Alan Turing bij de Studievereniging Christiaan Huygens van de opleidingen Wiskunde & Informatica van de TU Delft.
---------------
Tijdens de Nationale Wiskunde Dagen gaf ik op zaterdag 6 februari een lezing over Alan Turing en het kraken van de Enigma-code.
-------------------
I gave a lecture about the question "Can computers be creative?" during the LIFT-conference 2016 in Geneva (10-12 February). BBC News calls the LIFT-conference "one of the highlights of the technophile calendar".
Can computers be creative?
“Logic brings you from A to B, but imagination brings you everywhere” - Albert Einstein
Op vrijdag 18 november nam ik deel aan een paneldiscussie over 'Robo-ethics' tijdens de EU Robotics Week in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam.
Op donderdag 17 november gaf ik een presentatie over creatieve computers en robots tijdens NRC Live in de Beurs van Berlage in Amsterdam. Bovendien interviewde ik chef-kok Onno Kokmeijer over zijn samenwerking met de computer Chef Watson, Nederlands kampioen schaken Jorden van Foreest over zijn samenwerking met de schaakcomputer en programmeur en kunstenaar Jochem van der Spek over het gebruik van kunstmatige intelligentie bij het maken van nieuwe ontwerpen.
Op dinsdag 27 september was ik een van de panelleden in een debat over "De robot als collega" in het kader van de toekomst van werk. Pakhuis De Zwijger in Amsterdam.
Op donderdag 1 september leidde ik een debat over Artificial Intelligence and Human Values in het Vredespaleis in Den Haag. Het debat maakt deel uit van de 22e European Conference on Artificial Intelligence.
Op donderdag 30 juni gaf ik van 19.30-20.30 een lezing over creativiteit bij mensen en computers in het Van Abbemuseum in Eindhoven.
Hoe werkt creativiteit (en kunnen computers het ook)?
“Logica brengt je van A naar B, maar verbeelding brengt je overal” - Albert Einstein
Picasso zorgde voor een revolutie in de kunst met zijn kubistische schilderstijl. Einstein zette de natuurkunde op zijn kop met zijn duizelingwekkende theorie over ruimte, tijd en zwaartekracht. Beiden waren zeer creatieve mensen. Creativiteit is het vermogen van de hersenen iets compleet nieuws te scheppen dat nog nuttig is ook. Creativiteit leidt niet alleen tot kunst, maar ook tot wetenschappelijke ontdekkingen en technologische innovaties.
Hoe werkt creativiteit in onze hersenen en hoe kunnen we als individu of als groep zo creatief mogelijk worden? Klopt het romantische beeld van de geniale gek wel? En is brainstormen in een groep echt wel een goed idee?
Terwijl de menselijke hersenen slechts langzaam evolueren, worden computers in een razend tempo slimmer. Ze schaken beter dan mensen en spelen sinds begin dit jaar ook al beter het Aziatische bordspel go. Sommige computers kunnen zelfs al een kort verhaal schrijven of een schilderij maken. Hoe lang duurt het nog voordat computers ook de creativiteit van Picasso of Einstein overtreffen?
Hier is een verslag van de lezing geschreven door Piet van Bragt.
---------------
Op dinsdag 31 mei gaf ik van 12.45-13.30 de lezing Alan Turing - Pioneer of the Digital Age over het leven en werk van Alan Turing bij de Studievereniging Christiaan Huygens van de opleidingen Wiskunde & Informatica van de TU Delft.
---------------
Tijdens de Nationale Wiskunde Dagen gaf ik op zaterdag 6 februari een lezing over Alan Turing en het kraken van de Enigma-code.
I gave a lecture about the question "Can computers be creative?" during the LIFT-conference 2016 in Geneva (10-12 February). BBC News calls the LIFT-conference "one of the highlights of the technophile calendar".
Can computers be creative?
“Logic brings you from A to B, but imagination brings you everywhere” - Albert Einstein
Because creativity is such a vaguely defined term, the question whether computers can be creative is a philosophical rather than a scientific question. Defining creativity in a narrow way, some computers are already creative. However, if we define creativity as human creativity, in a way exhibited for example by Einstein, Picasso or Kafka, computers have some fundamental problems. In my talk I will address these problems, as well as answer the question which capabilities machines would need in order to exhibit human creativity. Finally, I will argue that we focus too much on copying human creativity and intelligence in machines and propose a more realistic, productive and creative alternative.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2015
Op donderdag 5 november zat ik in een discussiepanel bij het International Science Festival InScience in Nijmegen.
Aan de hand van de films The Forecaster, Ik ben Alice en Ex Machina discussiëren we over vragen als: Is de mens al machine? En de machine al mens? Deze dag staat de interactie tussen mens en machine centraal. Moeten we ze omarmen, die zorgrobots? En hoe realistisch is de angst dat robots ons ooit zullen overheersen? Wat is intelligentie eigenlijk? En hoe slim kan kunstmatige intelligentie zijn – vraagt innovatie niet om irrationaliteit?
Op 21 april vond in De Balie in Amsterdam een publiek debat plaats over kunstmatige intelligentie. Tijdens dit debat verzorgde ik een column.
Wetenschappers lanceren in een open brief een onderzoekagenda die is gericht op maatschappelijk verantwoord gebruik van kunstmatige intelligentie.
Onderzoek naar kunstmatige intelligentie moet de mensheid ten goede komen en mogelijke nadelen voorkomen. Dat is de essentie van de open brief ‘Robust and Benificial AI’ van grootheden als Elon Musk en Stephen Hawking.
Welke consequenties moet de onderzoekswereld aan die oproep verbinden?
Klik hier voor meer informatie
Vrijdag 20 maart 20.00 uur Oude Kerk, Amsterdam: In het kader van de schitterende expositie van videokunstenaar Tony Oursler in de Oude Kerk gaf ik een lezing over denkende machines:
In zijn nieuwste kunstwerk I/O underflow, speciaal gemaakt voor de Oude Kerk in Amsterdam, laat de Amerikaanse kunstenaar Tony Oursler zich inspireren door het leven en werk van computerpionier Alan Turing. Oursler stelt vraagtekens bij de digitale revolutie.
Alan Turing voorzag begin jaren vijftig een toekomst waarin machines zouden gaan denken net zoals mensen. Inmiddels rukken denkende machines steeds verder op in ons dagelijks leven: van intelligente camera’s tot computerartsen en van zelfrijdende auto’s tot zorgrobots. Welke plek blijft er voor ons mensen nog over?
Turing-kenner en wetenschapsjournalist Bennie Mols verweeft het werk van Tony Oursler met dat van Alan Turing om na te denken over de steeds toenemende rol van denkende machines in ons leven. Wat hebben denkende machines ons gebracht en wat gaan ze ons nog brengen?
Meer informatie: http://www.oudekerk.nl/en/programma/kalender/what-to-think-about-thinking-machines-alan-turing-meets-tony-oursler
“De wiskunde achter de speelfilm ‘The Imitation Game’”
Het dramatische leven en werk van wiskundige Alan Turing (1912-1954) staat centraal in de spannende speelfilm ‘The Imitation Game’, die momenteel in de Nederlandse bioscopen draait. Turing is de pionier van het digitale tijdperk, de geestelijke vader van de computer en de kraker van de geheime Duitse Enigma-code.
Aan de hand van fragmenten uit de film zal Turing-kenner Bennie Mols ons meenemen naar de wiskunde achter de film. Onder andere komen voorbij: de universele computer, het kraken van de geheime Duitse Enigma-code, de vraag of computers kunnen denken en het bedrijven van wiskunde met de computer.
Meer informatie:
http://sanctamaria.mwp.nl/Home/Nieuwsvolgpagina/tabid/155/ArticleId/678/Uitnodiging-Pi-lezing-13-maart.aspx
Zaterdag 10 januari: Voor EenVandaag TV vertelde ik over de film "The Imitation Game", die op 8 januari in Nederland in première ging, een speelfilm over het leven en werk van Alan Turing.
2014
Dinsdag 9 december 2014 gaf ik een keynote-lezing tijdens de Autisme-conferentie in Oost-Malle (België): Het brein van de toekomst
Recent is het gelukt om het brein van een rat in Brazilië via het Internet te laten communiceren met dat van een rat in de VS. Dit is een van de spannendste toepassingen van machines die worden gebruikt om hersenen nieuwe mogelijkheden te geven. In deze lezing vertelt wetenschapsjournalist Bennie Mols over de laatste ontwikkelingen op het terrein van brein-machine-interfaces. Ook vertelt hij over veelbelovende manieren om het menselijk brein na te bootsen op de computer en wat dat betekent voor de toekomst van de mens. Kunnen we straks ons brein downloaden en onsterfelijk worden? Wordt de mens meer computer en de computer meer mens?
In dit symposium wordt gekeken hoe de rol die computers hebben gespeeld in de fantastische film werkelijkheid zijn geworden en wat de gevolgen daarvan zijn. Naast een algemeen gedeelte over het computer als filmpersonage wordt ingegaan op filosofische en ethische vragen: vragen over bewustzijn en emoties van computers, maar ook over de ethiek van steeds slimmer worden apparaten. Met fragmenten van onder meer 2001 A Space Odyssey, Moon en Her.
Via de schaakcomputer, die de mens al lang voorbijgestreefd is wordt overgegaan op Singularity, het moment waarop de computer de menselijke intelligentie voorbijstreeft, en een ver toekomstbeeld waarin kunstmatige intelligentie de wereld heeft overgenomen. Ook dit aan de hand van fragmenten uit Computer Chess, Kasparov vs. Deep Blue, Star Trek, The Machine en andere films.
Het symposium is voorbereid en wordt gemodereerd door Jan van den Berg. Bevestigde gasten zijn hoogleraar Kunstmatige Intelligentie Jaap van den Herik, filmjournaliste Dana Linssen, filmmaker Igor Kramer en wetenschapsjournalist en auteur Bennie Mols.
Hier is een kort video-verslag:
2013
Woensdag 30 oktober 2013 in de serie "Het (on)gelijk van science fiction" ga ik een lezing geven die uit gaat van twee 19e eeuwse SF-klassiekers: Frankenstein (1818) van Mary Shelley en The war of the worlds (1898) van HG Wells.
Titel van mijn lezing: Van Frankenstein tot Solaris - Over menselijke, kunstmatige en buitenaardse intelligentie in Science Fiction
Thema's: Buitenaardse, kunstmatige en menselijke intelligentie, technologische voorspellingen, het scheppen van leven uit dode materie, existentiële angst voor wezens die de wereld van ons overnemen en de filosofische vraag: Wat betekent 'mens zijn'?
De serie "Het (on)gelijk van science fiction" bestaat uit 6 lezingen over techniek, fantasie en voorspellingen in de 19e eeuw, en wordt georganiseerd door Bibliotheek Hengelo en Techniekmuseum HEIM.
Beluister hieronder het beroemde, op 'War of the Worlds' gebaseerde hoorspel dat Orson Welles in 1938 uitzond en dat menig radioluisteraar opvatte als een echte invasie vanuit Mars:
Bekijk hier de officiële trailer van de Frankenstein-film uit 1931 met Boris Karloff als het monster dat Victor Frankenstein heeft geschapen:
De meest fantastische vorm van buitenaardse intelligentie is geschapen door Stanislaw Lem in Solaris: een planeet met een intelligente oceaan. Deze intelligente oceaan kan de gedachten en dromen van menselijke bezoekers van de planeet ‘lezen’ en ze omzetten in fysieke realiteit. Vooral de pijnlijke, onderdrukte gedachten.
Andrei Tarkovsky baseerde er in 1972 de film Solaris op. Lem had een hekel aan die film (juist omdat hij vond dat de intelligentie van de oceaan veel te veel buiten beeld bleef), maar toch is het een indrukwekkende film. Terecht is het een klassieker geworden. Hier is de trailer:
De volledige versie van de film is in twee delen op You Tube te bekijken (Russisch gesproken, YouTube biedt de mogelijkheid Engelse ondertiteling aan te zetten): Deel 1 en Deel 2.
Vrijdag 21 juni 2013 bij het Filosofiecongres van het Zernike College: "Kunnen machines denken?"
Dinsdag 11 juni 2013 bij het VINT-symposium over "The Internet of Things". Ik sprak hier over "Feit en fictie in kunstmatige intelligentie".
Bekijk de video-opname van mijn lezing hier.
Maandag 15 april 2013 bij het Studium Generale van de Rijksuniversiteit Groningen: "Wat Wikipedia je niet vertelt over Alan Turing": 20.00-21.30.
Donderdag 7 maart 2013 in het Van Abbemuseum in Eindhoven: "Wat beeldende kunst zegt over het menselijk brein"
Het brein schept kunst. Kunnen we uit die kunst dan ook iets leren over ons brein? Bestaan er universele principes in de beeldende kunst die het gevolg zijn van hoe het brein waarneemt? Het lijkt er wel op. De Gestalt-psychologie heeft een aantal van zulke principes al in het begin van de 20e eeuw opgesteld. Pas sinds kort kunnen hersenwetenschappers deze principes ook met de modernste technieken in de hersenen onderzoeken.
De lezing Wat beeldende kunst vertelt over ons brein gaat over de gezichten van Picasso en de meeuwen van Tinbergen, over de orde van Malevich en de chaos van Pollock, over informatiecompressie en patroonherkenning, over een hyperfunctionerende kunstmodule in de hersenen van een autistisch kind en over duiven en bijen die een Picasso van een Monet kunnen onderscheiden.
2012
Maandag 1 oktober 2012 bij het Studium Generale van de Universiteit Maastricht: From Turing’s Test to Turing’s Tango, 20.00-21.30
Woensdag 3 oktober 2012 bij het Studium Generale van de TU Eindhoven: Alan Turing - Pionier van het Digitale Tijdperk, 11.45-13.00
Vrijdag 5 oktober 2012 bij TEDx Delft: "One thing computers and robots will never ever be able to do...and what it means for our future"
Vrijdag 5 oktober 2012 tijdens Turing100.NL in de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA), georganiseerd door de Nederlandse Vereniging voor Logica: From Turing’s Test to Turing’s Tango
Zaterdag 6 oktober 2012 tijdens de open dag van het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI): Alan Turing - Pionier van het Digitale Tijdperk
Woensdag 10 oktober 2012, Turing in context, Brussel: From Turing’s Test to Turing’s Tango, 15.30-16.00 (met ook Daniel Dennett in het programma.)
Vrijdag 26 oktober 2012, NRC Wetenschapsweek i.s.m. de Internationale School Voor Wijsbegeerte: De toekomst van het brein (over brein-machine-interfaces, breinsimulatie en kunstmatige intelligentie).
Zondag 4 november 2012 een kinderlezing over robots onder de titel 'Kijkt een robot ook elke morgen in de spiegel?' (In de lezing zal ik ingaan op vragen zoals: Wat is een robot? Wat zijn de verschillen tussen een robot en een mens? Kan een robot verliefd worden? Wat zou je willen dat een robot voor je kan doen? Waar zijn robots goed in? Waar zijn robots niet goed in?). De lezing wordt georganiseerd door de MuseumJeugdUniversiteit: 11.00-12.00
Foto: Robert Lindeboom/Techniekmuseum HEIM
Woensdag 28 november 2012 ga ik bij het Studium Generale van de TU Eindhoven in discussie met Pieter Jonker over mijn stelling dat kunstmatige intelligentie de menselijke intelligentie nooit gaat overtreffen (en dat daar trouwens niets mis mee is...): Mensenbrein vs. computerbrein: 11.45-13.00
Subscribe to:
Posts (Atom)